Vogelvluchtkaart
Op deze vogelvluchtkaart is te zien hoe Amsterdam er omstreeks 1544 uitzag. Een vogelvluchtkaart is een kaart waarop de stad gezien is vanuit een denkbeeldig punt in de lucht. Deze kaart is gebaseerd op de kaart van Amsterdam van Cornelis Anthoniszoon uit 1544.
Op deze kaart is te zien hoe Amsterdam nog is omgeven door middeleeuwse stadsmuren, die met verdedigingstorens als de Schreierstoren worden versterkt. Daarnaast zijn verschillende gebouwen afgebeeld die ook nu nog bestaan, zoals de Oude Kerk en de Nieuwe Kerk. Destijds waren het Damrak en het Rokin nog niet gedempt. Hierdoor liep het water tot de Dam, het handelscentrum van de stad.
Gasthuizen
Naast het Stadhuis op de Dam kan je het Oude Gasthuis zien liggen. Vanaf het midden van de 14e eeuw was dit gasthuis het vangnet voor de zwakkeren en hulpbehoevenden in de stad. Zowel rijke als minder rijke Amsterdammers droegen destijds hun steentje bij aan de financiering hiervan. Ook het Sint Pietersgasthuis, het Onze Lieve Vrouwegasthuis en het Oude en Nieuwe Nonnenklooster zijn op deze kaart ingetekend.
In de late Middeleeuwen ontstonden in Nederland gasthuizen. Een gasthuis was een combinatie van een verpleegtehuis en een ziekenhuis. Oorspronkelijk waren het kerkelijke of burgerlijke instellingen, die zorg verleenden aan arme zieken en onderdak boden aan arme reizigers.
De gasthuizen hadden drie soorten bewoners: reizigers, ouderen en zieken. Arme reizigers werden voor maximaal drie nachten van onderdak en voedsel voorzien. Hierna mochten zij de komende zes weken niet meer terugkomen naar het gasthuis. Rijkere reizigers verbleven in tegenstelling tot de arme reizigers bij familie of kennissen. Daarnaast werden in het gasthuis arme zieken ondergebracht, die thuis niet door hun familie konden worden verzorgd. Zo verbleven kraamvrouwen hier slechts voor een korte periode, terwijl lichamelijk of geestelijk gehandicapte mensen vaak jaren in het gasthuis doorbrachten. Ook oude mensen konden zich door het gasthuis laten inkopen als een zogenoemde ‘kostkoper’ of ‘provenier.’ Op deze manier waren deze ouderen voor de rest van hun leven verzekerd van zorg.