Op de twee fragmenten van deze kaart van Amsterdam, een latere gekleurde herdruk van de kaart uit 1544, is de scheepswerf van Amsterdam te zien. Die is te herkennen aan de hijskraan en het opgeslagen hout. Dit gebied, dat buiten de middeleeuwse stadsmuren lag, werd de Lastage genoemd. Lastage betekent letterlijk: het gewicht dat een schip mag of kan vervoeren.
Het water in dit gebied lag lager, doordat de Lastage in een inham van het IJ was gelegen. Door het lage water was het de perfecte plek om schepen aan te meren, in te laden en op te kalfateren.
Tegenwoordig betekent opkalefateren herstellen en opknappen. De term is afkomstig uit de scheepsbouw en verwijst naar het dichtmaken van naden om schepen waterdicht te maken. Een synoniem voor opkalefateren is ‘breeuwen’. Dit deed men met pek. Aan de buitenkant van een schip werd er een groot vuur aangestoken om het pek op te warmen en de naden van de scheepshuid (de buitenkant van een schip) op te vullen. Dit ging niet altijd goed. Soms werd er een te groot vuur gestookt, waardoor een houten schip in brand vloog.