De kaart die je hier ziet omvat alle geregistreerde geografische details van de drie en een half miljoen hectare die de (voorloper van) de Holland Land Company (HLC) in 1792 verwierf. De kaart is gemaakt in 1804 door de landmeters Joseph en Benjamin Ellicott.
Land als handelsartikel
Nederlanders gebruikten kaarten al sinds de zestiende eeuw om kwesties van eigendom van 'nieuw land' dat via polders werd verworven vast te leggen. De HLC zette kaarten in als een hulpmiddel bij de koloniale expansie. De hier getoonde kaart is een tastbare weergave van een kapitalistische mentaliteit. De transactie die bekend staat als 'The Holland Purchase' is een voorbeeld van de commodificatie van land, waarbij de HLC profiteerde van de bezittingen van de Amerikaanse bankier Robert Morris. De kaart die je hier ziet werd gebruikt als instrument voor de verkoop van grond, en symboliseerde ook de perceptie van land als een handelsartikel dat eigendom moest zijn, gecontroleerd en winstgevend geëxploiteerd moest worden.
Maximale winst
Ellicotts kaart van de regio, die zich uitstrekt van Lake Ontario tot Lake Erie en verder, zegt iets over de kapitalistische mentaliteit van de HLC. De verdeling van het land in goed gedefinieerde vierkanten, gelabeld en genummerd, weerspiegelt een systematische benadering van eigendom. Afmetingen, reservaten, wegen en fysieke kenmerken op de kaart versterken het idee dat land wordt gezien als een tastbaar bezit met economisch potentieel. Het verklarende gedeelte met gedetailleerde grenslijnen, townships en wegen geeft de planning weer die gericht is op het maximaliseren van het economisch rendement. De rode contouren op de kaart geven de inheemse reservaten weer: ze maken slechts een klein deel uit van de gehele kaart.
De kaarten die te vinden zijn het HLC archief in het Allard Pierson en het Stadsarchief Amsterdam geven goed weer hoe kaarten instrumenten zijn geweest die bij koloniale inspanningen werden gebruikt.