Vanaf 1781 streefden de patriotten naar meer inspraak op het bestuur door burgers. Zij verzetten zich tegen de aristocratische regenten en hun vriendjespolitiek. Daarnaast wilden zij de macht van de stadhouder zoveel mogelijk inperken. Zij noemden zichzelf patriotten, omdat ze vonden dat zij het beste met hun eigen land voorhadden. In mei 1787 grepen de patriotten in Amsterdam de macht en brachten zij een revolutie in de Nederlandse Republiek teweeg.
Je ziet hier een spotprent met als titel 'de gewapende Kees' uit 1787. Dit was een spotprent op de patriotten. De keeshond was een verwijzing naar de patriotten. Hier is de keeshond in uniform en met een geweer afgebeeld. Patriotten vonden het bewapenen van burgers erg belangrijk, omdat zij volgens hen zich zo tegen hun vrijheid konden verdedigen. Alhoewel Kees destijds een scheldnaam was, gebruikten de patriotten deze naam zelf als geuzennaam. Dit betekent dat zij hun scheldnaam als een eretitel zijn gaan beschouwen.
Onder de spotprent is een kort gedichtje te lezen. Hierin vraagt de schrijver zich af wie er in de Nederlandse Republiek graag een slaaf van een hond wil worden. Daarnaast geeft hij aan dat de keeshonden helemaal niet zo dapper zijn. Zo stelt hij: "komt ‘er een klapper aan, hij zal ras op ’t loopen gaan."