Stadsdichter
Joost van den Vondel (1587-1679), de prins der poëten, was een van de belangrijkste schrijvers en dichters van de Gouden Eeuw. Naast schrijver was Van den Vondel ook jarenlang kousenhandelaar in de binnenstad van Amsterdam. Op die manier kon hij in zijn levensbehoeften voorzien. Vondel schreef gedichten voor familieleden, vrienden, kunstenaars en belangrijke bestuurders. Daarnaast schreef hij ook veel over gebeurtenissen in Amsterdam en de Republiek. Eigenlijk zou je hem een soort stadsdichter kunnen noemen.
Stockske van Oldenbarnevelt
Een bekend treurspel van Vondel waarin hij ingaat op een gebeurtenis in de Republiek is Palamedes. Het drama speelt zich weliswaar af in de Oudheid, maar gaat in feite over de ten onrechte ter dood veroordeelde raadpensionaris Johan van Oldenbarnevelt. Daarnaast maakte hij ook een gedicht over de beroemde wandelstok, waarmee Van Oldenbarnevelt naar het schavot liep.
Gijsbrecht van Aemstel
In 1637 schrijft Vondel zijn belangrijkste toneelstuk: Gijsbrecht van Aemstel. Een jaar later wordt het stuk opgevoerd ter gelegenheid van de nieuwe Amsterdamse Schouwburg aan het begin van het nieuwe jaar. Deze traditie blijft tot 1969 in stand. Vondel droeg het treurspel op aan Hugo de Groot, die in 1638 als balling in Frankrijk leefde. De Groot was verbannen nadat hij betrokken was geraakt bij de religieuze strijd tussen de remonstranten en contraremonstranten. Het hoofdpersonage in het toneelstuk van Vondel wordt eveneens verbannen uit de stad.